De weg van Kerry, Ierland
Enige tijd geleden maakte ik een onvergetelijke wandeling met mijn beste vriendin, die wandeling...
Bekijk verhaal
Bestemming:
A. Dublin
(Ierland)
, B. Glendalough
, C. Kilkenny
, D. Cobh
, E. Garnish Island
, F. Killarney
, G. Moher
, H. Burren
, I. Dublin
Periode: augustus 2007
Vervoer: Vliegtuig en bus
Accommodatie: Tent
Organisatie: noSun
We vliegen vanaf Eindhoven Airport, ik ben gebracht door mijn broer. Aangezien ik er te vroeg was ben ik eerst in de vertrekhal gaan wachten. Om half 12 zag ik Paul (een reisleider van noSun) lopen. Tijdens een van mijn vorige reizen met noSun was hij de reisleider. Fijn om hem te zien en met hem te praten. Daarna heb ik de rest van de groep (4 vrouwen en 3 mannen) kennisgemaakt. Vervolgens hebben we onze bagage ingecheckt en zijn we naar de gate gegaan.
De vlucht naar Dublin was zo`n 1,5 uur. Op aanraden van Paul ben ik voor in het vliegtuig gaan zitten, omdat je dan een stuk minder narigheid hebt v/d motoren.
Op de luchthaven stond Elwin (onze reisleider) ons al op te wachten, duidelijk herkenbaar aan zijn gele noSun jas. Hier hebben we kennis gemaakt met Simon, de timmerman uit Volendom. Aangezien zijn oorspronkelijk geboekte reis niet doorging, gaat hij nu met ons mee.
Nadat iedereen de bagage had, hebben we die naar de bus gebracht. Er paste precies negen mensen in de bus. Er konden 3 mensen voorin zitten, 3 in het midden en 3 achterin. Ik ben achterin gaan zitten naast Brenda, projectcoördinator bij een milieuorganisatie en Marike, lerares Nederlands. In de bus heb ik ook kennis gemaakt met Simon. Hij gaf aan dat hij zangles heeft en in een bandje speelt. Ook heb ik kennis gemaakt met Martijn. Evenals Simon is ook Martijn muzikaal, hij speelt trombone in 2 orkesten.
De eerste rit was best interessant. De reisleider heeft een aantal verhalen vertelt over de omgeving. Hij vertelde o.a. over een koning die naar een waterval wilde kijken vanaf een brug, maar juist op deze dag had hij geen tijd. Dat was maar goed ook, want door de vele regen werd de hele brug weggespoeld. Een ander verhaaltje ging over een route door de Wicklow Mountains. Om het wilde bergland begaanbaar te maken werd deze route aangelegd, maar ook om te jagen op de Ierse opstandelingen die er steeds een schuilplek vonden.
Toen we op de 1e camping aankwamen hebben we eerst de tentjes opgezet. Marike en ik hebben er samen 2 opgezet, aangezien het samen sneller gaat dan dat je het alleen moet doen. Gelukkig was het opzetten van de tent niet moeilijk en waren we binnen enkele minuten klaar.
Vanavond hebben we niet gekookt maar zijn we uit eten geweest. Het restaurant waar we zijn geweest werd het ‘Coach House’ genoemd. Ik heb een heerlijk soepje besteld en een aantal sandwiches met tonijn en kaas met salade. We hadden een pot en daaruit werd het eten betaald. Evelien (ook lerares Nederlands) beheerde de pot.
Eerst hebben we ontbeten en gedoucht, daarna zijn we naar Glendalough gereden. De naam Glendalough betekent eigenlijk 'vallei van twee meren'. Er wordt gezegd dat de heilige Kevin naar deze vallei kwam om er als kluizenaar te leven. Er waren veel mensen die zich bij hem aansloten en na een tijdje bouwde men er kerken, zo ontstond hier een geestelijke leefgemeenschap.
Elwin haalde kaartjes voor een tentoonstelling van deze geestelijke leefgemeenschap. Aan de oranje sticker die wij kregen kon iedereen zien dat Nederlanders waren. Tijdens de tentoonstelling konden we rondlopen. Wat ik interessant vond was de maquette hoe de nederzetting voorheen uitzag. Aan het eind van de tentoonstelling kregen we nog een film (meer een slide-show) te zien over kerken en heiligen. Vooral het verhaal over de heilige Kevin is mij bijgebleven. Hij had de gewoonte om tot zijn middel in het meer te gaan staan en dan zijn armen te strekken om te bidden. Toen hij een keer een behoorlijke tijd in het meer stond, begon een merel een nestje te bouwen in een van zijn handen. Omdat hij van vogels hield bleef hij stil staan totdat de merel haar eieren had gelegd. Kevin bleef er zelfs zo lang staan tot de eieren uitkwamen en de mereltjes zelf weg konden vliegen. Hierom wordt de heilige Kevin regelmatig afgebeeld met een merel in zijn hand.
Na de film hebben we nog een rondleiding gehad door de nederzetting. Wat mij opviel was dat er veel Chinese toeristen rondliepen. De gids bleef soms stilstaan bij een punt om ons nog iets uit te leggen. De gids liet ons o.a. de Ronde Toren van Glendalough zien. De Ronde Toren is hoogstwaarschijnlijk gebouwd in de 11e eeuw. Er werden kostbare manuscripten en waardevolle objecten bewaard. Als de nederzetting werd aangevallen werden de torens soms gebruikt als schuilplaats. Glendalough werd in die tijd vaak door de Vikingen aangevallen. We kregen te horen dat toren niet helemaal veilig was als de vijanden de deur namelijk in brand staken werd de toren een soort oven. Verder heeft de gids ons nog wat uitgelegd over de kerkjes van de nederzetting en de Keltische kruizen. Vroeger werden er in de kerkjes voor de ramen dierenhuiden gebruikt i.p.v. glas.
Na de rondleiding hebben we een wandeling door de vallei gemaakt van ongeveer 10 km. De wandeling werd aangeduid als de witte route. De natuur was prachtig en erg afwisselend. In het begin zagen we vooral veel bomen, daarna liepen we langs 2 meren die 'Lower Lake' en 'Upper Lake' genoemd worden. Hier hebben we een aantal foto’s gemaakt en daarna zijn we verder naar boven gewandeld. De route ging over een redelijk makkelijk begaanbaar pad. Bijna boven hadden we een mooi uitkijkpunt gevonden. Vanaf hier zagen we bijna de hele vallei inclusief de 2 meren en in de verte de Ronde Toren van de nederzetting.
Toen we weer terug waren bij de parkeerplaats zijn we de bus door een mooi landschap gereden. Het leek een beetje op een maanlandschap, doordat het onbebouwd en verlaten was. Onderweg zijn we 2 keer gestopt om foto’s te maken, 1 keer bij een waterval en 1 keer bij een meer. Vooral het uitkijkpunt over het meer was het erg mooi. Vervolgens zijn we teruggereden naar de camping en hebben we het avondeten klaar gemaakt. Het avondeten bestond uit macaroni met champignons en saus. `s Avonds hebben we in de pub nog wat gedronken.
`s Ochtends zijn we eerst met de bus naar het zuiden gereden. En gelukkig, vandaag was er een mooie blauwe lucht te zien. Bij een supermarkt zijn we even gestopt om eten te kopen voor `s avonds en sommigen moesten nog pinnen. Ik heb een een zak nootjes en stuk watermeloen gekocht. Hierna zijn we doorgereden naar de Dunmore caves. De Dunmore caves is een druipsteengrot die ook wel 'de donkerste plek van Ierland' wordt genoemd. Elwin haalt de kaartjes en niet veel later begint de rondleiding.
Na de intro liepen we via een glibberige, lange trap naar beneden. De Dunmore caves werden ooit gebruikt om te vluchten voor de Vikingen, maar ook als schuilplaats om zich te beschermen tegen de koude winters. In deze druipsteengrotten is het het hele jaar door 10°C. De gids heeft ons de hoogtepunten van de grot laten zien. Er was o.a. een gigantische stalagmiet van 2 miljoen jaar oud met de naam 'Market Cross'. Aan het einde van de rondleiding hebben we nog gekeken naar een interessante animatie-film over het ontstaan van de druipsteengrot.
Na het bezoek aan de Dunmore caves we verder gereden naar Kilkenny. In deze sfeervolle stad hebben we wat culturele hoogtepunten gezien. Kilkenny is namelijk bekend vanwege de grote aantallen middeleeuwse gebouwen. We zijn eerst naar 'Kilkenny castle' gegaan. Hier moesten we onze camera`s en bagage afgegeven. Er mochten namelijk geen foto`s gemaakt worden tijdens de rondleiding, ze willen natuurlijk dat wij na de rondleiding een ansichtkaart kopen. Beetje jammer, want er waren imposante zalen in het kasteel met prachtige kunst aan de muren.
De gids heeft ons nog iets over de geschiedenis van het kasteel vertelt en over de familie Butler die er woonde. Tijdens het lopen door de diverse vertrekken zijn er een paar dingen bijgebleven. In een vertrek stond bijvoorbeeld een oude piano met typische Ierse bladmuziek en in de slaapkamers zag ik dat de bedden best klein waren. Er werd vertelt dat de bedden zo klein waren omdat ze vroeger zittend sliepen.
Het was aangenaam om door het kasteel te wandelen. Vooral de hoge plafonds, wandtapijten, antieke boekenkasten en schilderijen aan de muur vond ik interessant. Aan het eind van de rondleiding kwamen we in een gigantische galerij waar portretten hingen van familieleden van de Butlers. Een ansichtkaart hiervan heb ik gekocht om naar huis te versturen.
Vervolgens zijn we door het stadje Kilkenny gewandeld en besloten we naar de St. Canice’s Cathedral te lopen. De St. Canice’s Cathedral is een 13e-eeuwse kathedraal en wordt beschouwd als van de mooiste kerken van Ierland. Ook hier kregen we een rondleiding. De gids was een man op slippers die erg snel praatte. In de St. Canice’s Cathedral waren mooie glas-in-lood ramen en bogen. Ik heb mijn naam in het gastenboek gezet en een kaarsje aangestoken.
Buiten St. Canice’s Cathedral stond een ronde toren. Voor 2,- euro kon je via de trap naar boven klimmen. De trappen waren van hout. Na de claustrofobische klim heb ik een tijdje genoten van het uitzicht over het stadje. Daarna zijn we naar de Black Abby gegaan waar ik binnen op een kerkbankje heb gezeten.
`s Avonds zijn we op een camping geweest, de eigenaar van deze camping heeft allerlei dieren. Onder de dakrand zag ik een paar zwaluwnesten waar zwaluwen af- en aanvliegen. Tegen de nacht hebben we een korte wandeling gemaakt. De zonsondergang zorgde voor een prachtige gloed.
Vanochtend was het mooi weer. En eindelijk de eerste nacht dat ik goed geslapen heb. Het is toch altijd weer een gewenning om in een tent te slapen. Om half 9 kregen we een Iers ontbijt. Mijn vegetarische ontbijt was een eitje, champignons, toast en tomaten.
Vandaag hebben we een bezoek gebracht aan de ruïne van Abbey of Jerpoint. Er werd veel verteld door de gids die ons door de Abbey rondleidde. Het was een boeiend verhaal over de monniken die hier hebben geleefd, over de zuilen, de beeldhouwwerken en de Romaanse graven.
Helaas verslechterde het weer en zijn niet meer gaan wandelen, maar als alternatief zijn we naar de kristalfabriek in Waterford gegaan. Tijdens de rondleiding door de fabriek hebben we gezien hoe het wereldberoemde Waterford Crystal gemaakt wordt. Het proces bestaat uit glasblazen, slijpen en graveren van het kristal. Tevens maken ze bij Waterford Crystal prachtige trofeeën voor o.a. Wimbledon.
We zijn doorgereden naar de Mahol Falls. Doordat het nog regende dacht ik dat het beter was om de fotocamera niet mee te nemen aangezien het een behoorlijk stijl pad was waar we over heen moesten lopen. Naderhand vond ik het erg jammer omdat de zon al snel te voorschijn kwam. Een prachtig voorbeeld van hoe rap het weer hier dus kan veranderen. Het ene moment is het regenachtig en binnen een paar minuten schijnt de zon weer. De waterval was echt schitterend en we hadden een mooi uitzicht over het berglandschap.
`s Avonds hebben we wraps gegeten die ik mede heb gemaakt.
Nu ben ik dit verhaal aan het schrijven in het donker voor mijn tent en er vliegen allemaal kleine vleermuizen rond. De vleermuizen vliegen in rondjes om insecten te zoeken. De vleermuizen hebben hier iedere avond een heerlijke maaltijd vanwege de vele muggen (midgets).
Als eerste zijn we vandaag naar Fota Wildlife park gereden. Hier krijgen de beesten veel ruimte buiten om te grazen. Vooral de giraffen en zebra’s zijn interessant om te zien, want dat verwacht je niet in Ierland. Ook liepen er een aantal dieren los rond zoals capibaras, aapjes, pauwen, lemurs en ganzen. Zij waren echt niet bang voor mensen, dus kon je van heel dichtbij foto’s maken.
Vlakbij het Fota Wildlife park was een arboretum. Hier stonden veel interessante bomen en planten. Ik heb hier een aantal unieke foto’s kunnen maken van de hommels en de bloemen. Om half 2 verzamelden we weer bij de bus.
De volgende stop van de dag was in Cobh, wat je moet uitspreken als Cove. Toen we moesten zoeken naar een parkeerplaats zag ik de kathedraal van Cobh en de prachtig gekleurde huizen al. In de reisgids wat ik bij me had stond een foto van het standbeeld van Annie Moore met haar broertjes. Dit standbeeld herinnert aan de emigratiegolf van de Ieren. Na een aantal mislukte oogsten in de 19e eeuw brak er hongersnood uit waardoor vele Ieren emigreerden. Een reisgenootje en ik hebben voor de gein staan poseren op hetzelfde punt als de foto uit de reisgids.
We hebben hier ook nog even van de zon genoten, zitten op een terras. Daarna hadden we met Elwin afgesproken om over een uur terug te zijn bij de bus. Ik ben door het dorpje gaan wandelen en heb de kathedraal bezocht. In de kathedraal was een schitterend glas-in-lood rozenvenster met mooie kleuren.
Vervolgens gingen we verder naar een camping in Cork. Maar toen we in Cork aangekomen waren konden we onze camping niet vinden. Dus moesten we op zoek naar andere slaapplaats. Bij de plaatselijke VVV zagen we een aanbieding van een youth hostel. Dus wij hierheen om te kijken of er plaats was om te slapen maar helaas was ook hier geen ruimte meer voor ons. Aangezien we onderhand trek kregen zijn we eerst iets gaan dineren in een restaurant. Ik bestelde een heerlijk bord spaghetti incl. een salade. Toen bleek dat de camping in Blarney ook vol zat zijn we een stukje doorgereden en tegen de avond vonden we gelukkig toch nog een camping.
Ook al was het vandaag regenachtige, het was wel een dag om nooit te vergeten. `s Ochtends vroeg hebben we eerst de Dromberg steencirkel bekeken. De Dromberg steencirkel is een van de best bewaard gebleven steencirkels van het land. Al in het bronzen tijdperk kwamen er druïden samen om ceremonies uit te voeren.
Vervolgens zijn we gaan zoeken naar een plaats om te lunchen aan het water. Het duurde gelukkig maar kort om een plekje te vinden. Alleen had Elwin de bus zo dichtbij het water geplaatst dat de wielen vast kwamen te zitten. Maar na wat geduw, kregen we de bus gelukkig weer los. Tijdens de lunch ben ik een stukje gaan lopen op zoek naar wat schelpen. De schelpen hier hebben namelijk een eigenaardige vorm en ze zijn er in diverse kleuren. Na de lunchpauze reden we verder richting de boot. We gingen namelijk een tochtje maken naar Garnish Island, een klein eiland met een interessante verzameling planten en bomen. De tuinen zijn allemaal erg mooi aangelegd. Aangezien het regende, konden we er helaas niet echt van genieten.
Toen we weet aankwamen op de camping besloten we om binnen te gaan koken. Later hebben we nog in een pub naar traditionele Ierse live muziek geluisterd. Er waren 3 muzikanten met een banjo en violen. De Ierse muziek is vrolijk en levendig. Je kon echt ervaren dat ze met muziek opgroeien. Ook Simon heeft een liedje gezongen in de pub, dat was natuurlijk erg leuk. Hij kreeg een groot applaus van ons allemaal. Het werd steeds gezelliger en op een gegeven moment ging iedereen meezingen. Er was nog een vrouw met een gitaar en 2 oudere mannen met een fluit en een doedelzak. De teksten van de liedjes waren enorm grappig en de zanger had echt een prachtige stem. Vooral het lied 'The Wild Rover' van de Dubliners vond ik prachtig.
Simon had nog de gitaar geleend om zijn lied nog een keer te zingen. Ook met gitaar klonk het best aardig en de vrouw ging op een Bodhrán meespelen. Een Bodhrán is een Ierse lijsttrommel die bespeeld wordt met een knuppel met 2 slageinden. Aangezien het inmiddels al behoorlijk laat werd, ben ik terug gegaan naar de tent om te slapen.
Op deze zonnige dag in augustus leek het mij een aangename afwisseling om voor in de bus te gaan zitten, naast de reisleider. Een prima keus bleek achteraf, zo kon ik de prachtige omgeving nog beter zien. De busreis ging door verschillende haarspeldbochten midden door de natuur. Na een tijdje te hebben gereden kwamen we bij Healy’s pass, een spectaculair uitkijkpunt. Elwin had al verteld dat je hier een geweldig uitzicht zouden hebben en dat was absoluut niet gelogen. We zagen groene bergen, blauwe meertjes en mooie witte stapelwolken. Hier heb ik een paar minuten gezeten om te genieten van het uitzicht. Hanneke en Simon zijn nog tussen de rotsblokken naar boven geklauterd. Op een gegeven moment riep Elwin ons en zijn we verder gereden naar een plek waar we wederom een prachtig uitzicht hadden over bergen en meren. Hier hebben we onze boterhammetjes gegeten.
De volgende stop was een wandeling door Killarney National Park, deze wandeling duurde ongeveer 4 uur. Het mooie is dat de route niet heel bekend is bij andere toeristen, we waren dus bijna de enige hier. Het was ronduit geweldig, het zonnetje hielp natuurlijk wel mee. De wandeling startte tussen de bomen waar de waterval Torc falls zich bevond. Daarna liepen we verder door een groen heuvellandschap naar de bergtop. Vanaf boven kon je over de hele omgeving kijken. Toen we weer benden waren hebben we met z`n allen een ijsje gegeten en een oud huis bezocht. Hier stond Elwin ons op te wachten en daarna reden we verder, op zoek naar een camping.
Het programma van vandaag begint met het Bunratty kasteel & folklore park. In het folklore park zijn de huizen en het landschap van Ierland nagemaakt van hoe het meer dan 100 jaar geleden was. Het was erg leuk om de oude huisjes te zien. Je kon o.a. een kijkje nemen in de dorpswinkeltjes, landelijke boerderijen en een school. In zo`n schoolgebouw zaten destijds maar liefst 80 leerlingen in één klas. In een van de huisjes vertelde een oud Iers vrouwtje over haar leven van vroeger. Ze zei dat men vroeger de meeste dingen zelf moesten maken omdat ze vrijwel geen geld had om het te kopen. Ze liet o.a. een zelfgemaakte stoel zien, gemaakt van stro. In een ander huisje werd een appeltaart gebakken. Dat zag er erg lekker uit!
Na de lunch zijn we doorgereden naar de beroemde kliffen van Moher. De kliffen van Moher torenen ongeveer 120 m boven de Atlantische Oceaan uit. Op de kliffen van Moher staat een stenen toren, O’Brien’s Tower. Deze toren is in 1835 gebouwd door Cornellius O’Brien en diende als uitkijkpunt voor de vele toeristen die destijds de kliffen al bezochten.
`s Ochtends zijn we naar het Burren Visitor Center gegaan. We wilden er vroeg zijn om de vele toeristen te vermijden. We wilden eerst iets over het ontstaan van de Burren weten voordat we het natuurlandschap gingen verkennen.
Eerst kregen we een introductiefilm (in het Nederlands) te zien over de geschiedenis van de Burren. Hieruit bleek dat de naam Burren 'een plaats met veel stenen' betekent. Het is een kalkplateau van 250 km2. De heuvelruggen van de Burren zijn gevormd tijdens de ijstijd door gletsjers. We kregen tevens een verhaal te horen over de flora en fauna.
Dichtbij het bezoekerscentrum van de Burren staat de 'Aillwee' grot. De gids die vertelde over het ontstaan van de grotten, was helaas moeilijk te verstaan omdat hij behoorlijk zacht praatte, maar ook omdat er steeds een baby aan het huilen was. Het plafond was erg laag waardoor je tijdens het lopen goed moest opletten om je hoofd niet te stoten tegen het plafond. De hoogtepunten van deze grot waren de stalagtieten, de stalagmieten en een ondergrondse waterval.
Terwijl Elwin Brenda (zij moest naar de begrafenis van haar oma) naar de luchthaven bracht heeft de rest van de groep een lange wandeling gemaakt. Dit was een mooie wandeling van ongeveer 20 km. Simon had voor de zekerheid een kaart en kompas meegekregen. Elwin zou bij een bepaald punt op ons wachten.
Vooral de uitzichten tijdens de wandeling waren geweldig. Na een korte klim kon je een heel eind uitkijken over het heuvellandschap van de Burren. Helemaal in de verte zag je hoe het pad achter de horizon verdween en aan de rechterkant zag je de weerspiegeling van de witte wolken in de blauwe zee. Ik had helaas een beetje te weinig water bij me, waardoor het wandelen wat moeizamer ging. Ik liep dan ook vaak achteraan. Geluk was dat ik wel genoeg druivensuiker bij me had en aan het einde kreeg ik nog een slokje water van Marike. Na ongeveer 6 uur lopen kwamen we aan bij het punt waar Elwin op ons zat te wachten.
`s Avonds zijn we een heel stuk naar de kust gelopen om te kunnen genieten van een ondergaande zon. We moesten zelfs over muurtjes klimmen om een wei met stieren te ontlopen. Na wat klim- en klauterwerk kwamen we uit op een plek aan de zee, hier konden we uitstekend zitten. Vanaf hier konden we genieten van de golvende zee en de rotsige kustlijn. In de verte kon je zelfs de kliffen van Moher zien. We hebben er een tijd gezeten om de mooie gloed in de lucht van de zonsondergang te zien.
Samen met een aantal anderen ben ik nog even naar een pub geweest. Het was er erg druk. Toen ik mijn jus d’orange op had ben ik onder een mooie sterrenhemel teruggegaan naar de camping.
Vandaag zijn we eerst naar het strand gegaan. Sommigen (waaronder ik) kregen het idee om te gaan zwemmen in de Atlantische Oceaan. Ik moest eerst even wennen aan het koude water, maar na een tijdje was het heerlijk om met de golven mee te zwemmen. Zoiets doe je niet iedere dag!
De rest van vandaag was niet heel bijzonder. We hebben een stuk moeten rijden om op de volgende bestemming te komen. Onderweg zijn we 2x gestopt om te pauzeren.
Vanochtend heeft Elwin ons ochtend afgezet bij het startpunt van de wandelroute 'Western Way'. Omdat ik aardig langzaam loop, ben ik met Hanneke en Simon vooraan gaan lopen. De wandeling was prima te doen omdat er langs het wandelpad paaltjes met pijlen waren geplaatst. We begonnen de tocht tussen de naaldbomen en daarna liepen we door de bergen. Het pad hier en daar wel modderig en je moest dan springen om je voeten droog te houden. Hier was niet iedereen even succesvol in... Onderweg zijn we nog gestopt om iets te eten.
Na zo`n 15 km lopen zagen we 'onze' bus op de heuvel wachten. We vervolgden de route langs de kust, het is er erg rustig omdat er bijna geen verkeer rijdt. Wat opviel was dat er langs de weg veel fuchsia struiken groeien. Na het wandelen zijn we voor een tijdje gestopt bij het strand. Ik heb hier een paar unieke schelpen gevonden en heb ook nog even met mijn voeten in het water gestaan. Toen we terug waren op de camping heb ik meegeholpen met het klaarmaken van een maaltijdprutje en een salade.
Op dit moment ben ik in mijn tent nog even snel dit stukje aan het schrijven voordat het te donker is. Straks gaan we nog naar een strandje in de buurt om van de zonsondergang te genieten. En ik wil nog wat lezen in mijn boek.
Vandaag zijn we vroeg opgestaan om naar Dublin te gaan. Het was een lange rit en vele van ons hadden af en toe de oogjes dicht. Tijdens de pauze heb ik een heerlijke salade gegeten terwijl de rest van de groep bij de McDonalds ging eten. Zonder Brenda was ik nog de enige vegetariër van de groep.
Aan het einde van de dag kwamen we aan op de camping in Rush. In totaal hebben we inmiddels al ongeveer 2100 km gereden tijdens de rondreis.
De camping lag naast de Ierse zee en op het strand hier heb ik de tocht naar schelpen voortgezet. Helaas waren de meeste schelpen die ik vond kapot of er zaten allemaal weekdiertje in. Er waren veel honden op het strand aan het spelen. Een hond was zelfs vol enthousiasme tussen het zeewier aan het wroeten.
Na een klein uurtje rijden (in een dubbeldekker) kwamen we deze ochtend aan in Dublin. Het was echt een overgang om na al die rustige dagen in de natuur weer in een drukke stad rond te lopen.
We zijn eerst naar het beroemde 'Book of Kells' geweest, dit is in de bibliotheek van Trinity College. Het Book of Kells is een geïllustreerd manuscript dat hoogstwaarschijnlijk rond 800 na Chr. door Keltische monniken gemaakt werd. Deze monniken waren in 806 naar het Ierse stadje Kells gevlucht na een inval van de Vikingen. We moesten even wachten voordat we bij de tentoonstelling van de 'Book of Kells' naar binnen konden. The Long Room is de beroemde bibliotheek van Trinity College. Mede door zijn hoge plafond zag de 70 m lange leeszaal er indrukwekkend uit. Aan beide zijden van de zaal stonden grote houten boekenkasten met meer dan 200.000 heel oude boeken.
Helaas mocht je in The Long Room geen foto`s maken omdat men wilt dat de toeristen naderhand in de winkel een ansichtkaart gaan kopen. Ik wilde toch stiekem een foto maken van de bibliotheek. Toen ik heel voorzichtig de camera uit mijn tas haalde kwam de bewaking op mij afstormen. Het is dus niet gelukt om een foto te maken... We hebben hier ook nog een film gezien over de geschiedenis van Dublin. In deze film kon je zien hoe de stad is opgericht en wat er door de jaren heen allemaal gebeurt is in Dublin.
Vervolgens heeft de groep zich verdeeld en ben ik met een aantal meegegaan naar de beroemde St. Patrick’s Cathedral. Vooral de grote houten deur viel direct op. Over de ‘Door of Reconciliation’ gaat het volgende verhaal; in 1492 hadden de Graaf van Kildare en de Graaf van Ormonde een heftige ruzie. Kildare volgde Ormonde tot aan St. Patrick. Toen Kildare onverwacht besliste de ruzie te beëindigen sneed hij met zijn zwaard een spleet in de houten deur en stak zijn hand er door voor een handdruk. Ormonde moest snel een besluit nemen: of de hand van zijn vijand afsnijden, of de hand schudden en vrede sluiten. Hij besloot het laatste, zette zijn zwaard neer en schudde de hand. Daardoor kreeg de deur de bijnaam ‘deur van verzoening’.
Ik ben ook nog bij een beroemde gevangenis geweest. Hier kon je een rondleiding krijgen, maar dat hebben wij niet gedaan.
`s Avonds hebben we wat gegeten bij een restaurantje boven de temple bar. Hier heb ik een heerlijke vegetarische maaltijd gehad. Na het diner ben ik gaan wandelen door de straatjes van Dublin en heb genoten van de straatmuzikanten. Dit is het laatste wat ik van Ierland voel/proef/zie. Morgenochtend vertrekken wij namelijk weer richting huis.