De Inca Trail in Peru

Peru, het op twee na grootste land van Zuid-Amerika, is gehuld in mystiek. Het enorme land heeft de reiziger van alles te bieden: bergen, woestijnen, tropisch regenwoud, steden, stranden en natuurlijk een rijke historie, want Peru staat ook wel bekend als het hart van het rijk der Inca’s! De eeuwenoude Inca Trail is de enige échte manier om één van de mooiste bouwcomplexen ter wereld te bereiken: Machu Picchu. En ze zeggen dat je Peru niet kent als je dit niet hebt gedaan en gezien.

Stelsel van geplaveide wegen

Tot aan de vijftiende eeuw werd door de Inca-indianen in de Zuid-Amerikaanse landen Ecuador, Peru, Bolivia en Chili een enorm stelsel van geplaveide wegen aangelegd. Op die manier ontstond er een smal wandelpad met een totale lengte van 22.500 kilometer, dat je van hun hoofdstad Cuzco (dat in incataal ‘navel van het universum’ betekent) naar de ‘verborgen wolkenstad’ Machu Picchu op de gelijknamige bergtop middenin het Andesgebergte brengt.

Vierdaagse wandeltocht

De Inca Trail is slechts het laatste stukje van de complete route en vormt er dus maar een klein onderdeel van. Heden ten dage is het de populairste wandeltocht van Zuid-Amerika. Als je de officiële Inca Trail volgt, loop je in vier dagen door de bergen omhoog. Je kunt ook de trein tot boven nemen, maar dat doen voornamelijk alleen ouderen. Voor de minder getrainde wandelaar is er ook nog een tussenweg: neem de trein tot halverwege en loop in twee dagen het laatste stuk tot aan de heilige stad. Welke route je ook gaat lopen, op de eerste dag word je ’s ochtends vroeg opgehaald in Cuzco. Van daaruit word je naar de verschillende startpunten gereden: de wandelaars die de echte Inca Trail volgen, starten vanaf ‘Kilometer 88’ met lopen en de wandelaars die de verkorte Inca Trail lopen, worden afgezet bij ‘Kilometer 104’.

Warmiwañusca Pas

De eerste dag van de Inca Trail leid je alleen een beetje over kleine heuveltjes, zodat je het nog lekker rustig aan kunt doen. De tweede dag daarentegen is een stuk zwaarder, want dan leg je in ongeveer vijf uurtjes een pittige klim van 1.200 meter af om uiteindelijk de Warmiwañusca Pas te bereiken. Omdat het op die hoogte (4.200 meter) behoorlijk koud kan zijn, moet je ervoor zorgen dat je goed dik aangekleed bent. Het is een aanrader deze dag een drager in te huren: je overhandigt je zware rugtas dan aan een getrainde Peruaanse klimmer, die voor je uit loopt om bij het aankomstpunt alvast je tent op te zetten.

Ruïnes van Wiñay Wayna

De grootste deel van de derde dag daal je af en dit is toch wel de mooiste dag van de wandeltocht. Onderweg kom je langs verschillende prachtige Inca-ruïnes, zoals de op terrassen gebouwde resten van Inipata en enkele oude controleposten. Bovendien passeer je tijdens je tocht de overblijfselen van Wiñay Wayna (dat vanuit het Qechua vrij vertaald ‘Eeuwige Jeugd’ betekent): de mooiste ruïnes van de Inca’s voordat je bij Machu Picchu aankomt.

Zonnepoort

Na drie dagen klauteren en afzien op grote hoogte, breekt dan eindelijk de laatste dag aan. Je staat ’s ochtends al vroeg op en legt het laatste gedeelte van de trail in het donker af om voor zonsopgang bij de Zonnepoort te zijn, de poort die toegang biedt tot wellicht de mooiste ruïnes ter wereld.

Toeristentrekpleister

Één ding staat echter wel vast: het is onmogelijk om de Inca Trail in Peru in je eentje af te leggen. Want elk jaar weer lopen duizenden toeristen over dit pad op zoek naar de heilige stad van de Inca’s. Voornamelijk in de periode april tot en met oktober stikt het er van de wandelaars lopen.